Tekst: Micha 6:8
Sommigen noemen het wel een van de mooiste
teksten uit het Oude Testament: ‘Geen schoner
spreuk - en meer van kracht - dan Micha 6 en wel vers 8.’ Het is het leidende
bijbelwoord voor de Micha Campagne die als doel heeft: christenen in Nederland
oproepen hun verantwoordelijkheid te nemen voor de armoede in de wereld, veraf
en dichtbij, en aan de slag te gaan.
Hoe kunnen we God het beste eren? Die vraag is aan de orde
in Micha 6:1-8. Eerst voert de Heer
zelf een pleidooi, want Hij heeft een geschil met zijn volk: Hij klaagt Israël
aan vanwege de zonden van het volk, waarmee zij Gods recht overtreden (6:1-2).
Maar dat gebeurt wel in heel bewogen en persoonlijke woorden: ‘Wat heb ik je
misdaan? Waarmee heb ik je gekweld? Antwoord mij!’ (6:3). Je proeft Gods pijn,
Gods verdriet over de ontrouw van zijn kinderen. Daarbij herinnert God zijn
volk aan zijn grote daden, wat uitmondt in de vraag: ‘Ken je de gerechtigheid
van de Heer niet meer?’ (6:4-5)
Dan vraagt het volk, bij monde van Micha: ‘Heer,
wat moeten we doen om het goed te maken? Hoe kunnen we U weer eren?’ (6:6-7) Wellicht
kan het door offers te brengen, heel veel offers? Kan het misschien door eigen
kinderen af te staan (wat nota bene een heidens gebruik is)? Kunnen we door
extreme offers te brengen God eren? Het erge is hier dat Israël blijkbaar dacht
dat je God gunstig kon stemmen door een stipt uitgevoerde, liefst overvloedige
eredienst, maar dat je daarnaast rustig door kon gaan met zondigen, onrecht
doen, afgoden dienen. Aan zondebesef was geen gebrek, aan breken met de zonde
des te meer. Wat een pijnlijke belediging voor zo’n genadige God.
En dan volgt het antwoord op de vraag hoe we God
moeten eren (wat genadig dat God zo reageert!). Micha gaat geheel voorbij aan
de eredienst, en concentreert zich volledig op het gewone leven, op onze
levensstijl. We worden aangesproken met ‘mens’ (adam): we moeten onze aardse
kleinheid beseffen. En er staat: ‘je weet het’. Er wordt niet iets nieuws
verteld, maar iets wat allang bekend was (zie bv. Deut. 10:12-13). Drie dingen
zijn belangrijk:
Recht heeft alles te maken met wie God zelf is.
Hij weet hoe rechtvaardig leven er uit ziet en heeft dat uitgetekend in zijn
geboden. Zo worden we opgeroepen om op te komen voor zwakken en verdrukten, om
eerlijk en oprecht te zijn, om armoede en eenzaamheid te bestrijden, om onrecht
dat we zien gebeuren aan de kaak te stellen en te bestrijden, om vrede te
stichten. Zie voor een uitwerking: Matteüs 5:3-10.
God zélf is allereerst trouw: Hij houdt zich aan
zijn verbond met zijn kinderen en ís er voor hen, altijd. Trouw is dus een
relationeel begrip. Wij zijn geroepen om Gods trouw te weerspiegelen door trouw
te zijn, niet zozeer door trouw je taak te doen, maar door liefdevol en genadig
om te gaan met wie God in je leven brengt. Het gaat om trouw tussen
echtgenoten, tussen ouders en kinderen, broeders en zusters, tussen vrienden,
trouw ook aan mensen in nood. God roept ons tot verbondenheid - in Christus -
met elkaar en met de samenleving.
Recht doen en trouw liefhebben (uitingsvormen)
worden gedragen en gevoed door nederig wandelen met God. Hierin gaat het om
gemeenschap met de Heer, vertrouwelijke omgang met God, leven in verbondenheid
met Hem (vgl. Gen. 5:22: ‘Henoch leefde in nauwe verbondenheid met God’). Waar
de grote en goede God zelf, in Jezus Christus, door de Geest, alles voor ons
wordt, ons leven zelfs, daar komen we tot Gods bestemming met ons leven. Dat
vraagt om nederigheid: ‘Hij moet groter worden, en ik kleiner’ (Joh. 3:30).
Kennen we dat, van binnenuit? Zitten we zelf nog op de troon van ons leven, of
mag de Heer op de troon zitten en ons hart helemaal in bezit nemen? Pas dan
zullen we echt vruchtbaar kunnen worden in recht doen en trouw liefhebben.
Deze dingen herkennen we als nieuwtestamentische
gemeente terug in bijvoorbeeld de volgende drie bijbelplaatsen:
-
Jacobus 1:27: zuivere godsdienst is weduwen en
wezen bijstaan in nood: niemand mag alleen zijn!
-
Matteüs 7:21: ‘Heer, Heer’ zeggen is niet
voldoende, het gaat om handelen naar de wil van de Vader
-
Marcus 10:44: wie de eerste wil zijn, zal ieders
dienaar moeten zijn.
Op z’n nieuwtestamentisch is de boodschap van
Micha dus niets anders dan dit: word als Jezus!
‘Liefde en trouw zijn de weg van de HEER voor
wie de wetten van zijn verbond onderhouden.’ - Psalm 25:10
‘Hij heeft recht en gerechtigheid lief, van de
trouw van de HEER is de aarde vervuld.’- Psalm 33:5
‘Hemelhoog is uw liefde, tot aan de wolken reikt
uw trouw.’- Psalm 57:11
·
Lees samen Micha 6 en 7.
·
Praat door over de verzen/gedeelten die je het meest
opvallen.
·
Hoe geef jij vorm aan de oproep om recht te doen?
·
Hoe breng jij je liefde voor trouw in de praktijk?
·
Herken je wat van Henoch wordt gezegd: ‘Hij leefde in nauwe
verbondenheid met God’?
·
Hoe kan de Micha Campagne in onze gemeente handen en voeten
krijgen?